Gepubliceerd: januari 30, 2010; Fatah’s New Charter Shows Why Peace Won’t Happen.
door Barry Rubin
Veel mensen lijken te denken dat het Israëlisch-Palestijns of Arabisch-Israëlisch conflict of het “vredesproces” de belangrijkste kwestie is van deze wereld. Dus wie gaat bepalen of het wordt opgelost of niet? Nee, niet president Barack Obama, nee, niet Israël’s premier Netanyahu, nee, niet de Palestijnse Autoriteit’s (PA) “President” Mahmoud Abbas en Premier Salam Fayyad.
Die oplossing ligt in de handen van Fatah, dat de controle heeft over de PA en de Westelijke Jordaanoever regeert. Alleen als en wanneer Fatah besluit dat het een twee-staten-oplossing wil en een echte einde van het conflict accepteert op basis van compromissen zal dat mogelijk zijn. Dus het feit dat Fatah een nieuw Handvest heeft aangenomen lijkt een zaak van groot belang.
Maar tot nu toe heeft niemand gemerkt dat er een dergelijk Handvest aangenomen is tijdens het Algemene Fatah Congress in augustus 2009. Het document werd vertaald door de Amerikaanse overheid en is net gelekt door Secrecy News. U kunt nu de eerste analyse lezen van dit Handvest.
Secrecy News merkt op: “Het document is niet bijzonder in verzoenende toon of inhoud. Het is een oproep tot revolutie, confrontatie met de vijand (lees Joden), en de bevrijding van Palestina (lees Israel), ‘vrij en Arabisch’.” Maar dan gaat de nieuwsbrief verder:
“Maar misschien wel het meest belangrijke is wat niet in het document staat. Het oorspronkelijke Fatah Handvest (of grondwet) uit de jaren ’60 omarmde “de wereldwijde strijd tegen het zionisme”, ontkende de Joods historische en religieuze banden met het land, en roept op tot de uitroeiing van al het “economische, politieke, militaire en culturele Zionisme.” Geen enkele van deze woorden wordt overgenomen in het nieuwe Handvest, wat er tevens in slaagt om de woorden Israël, het zionisme, of joden in het geheel niet te noemen.”
Dit is een belangrijke les voor ons. Wanneer een radicale groep als gematigd wordt afgeschilderd, gebaseerd op een enkele stelling of verklaring, dan moet er een addertje onder het gras zitten. Het addertje in dit geval is wat wel in het nieuwe Handvest staat, en dat is de enkele zin:
“Dit Handvest is vastgesteld in het kader van de naleving van de bepalingen van het originele basis Handvest.”
Met andere woorden, elk detail van het originele Handvest geldt nog steeds; niets wordt ingetrokken, geen fout toegegeven, geen expliciete koerswijziging aanvaard.
Natuurlijk is de Fatah beweging flink veranderd sinds de jaren zestig. Het is minder gericht op geweld (maar dat betekent niet dat zij afstand heeft genomen van het terrorisme), het is minder expliciet militant in haar eisen, meer bereid om op een coöperatieve wijze met Israël om te gaan. Noch oprechte matiging noch resterende onverzettelijkheid van Fatah moet echter worden overdreven.
En toch ondanks deze gelegenheid om een parlementaire politieke partij, een beweging duidelijk gewijd aan vreedzame politisering en een diplomatieke oplossing, ondanks de massale westerse financiële subsidies en frequente uitingen van steun voor een Palestijnse staat van president Barack Obama, heeft Fatah ervoor gekozen een revolutionaire organisatie te blijven. Inderdaad, is er in dit Handvest geen ander woord gebruikt dan “revolutionair.”
“Laten we onszelf trainen om geduldig te zijn en beproevingen onder ogen te zien, calamiteiten te verdragen, onze zielen, bloed, tijd en moeite te offeren,” zegt het Handvest. “Dit alles zijn de wapens van de revolutionairen.”
“Je moet weten dat vastberadenheid, geduld, geheimhouding, vertrouwelijkheid, de naleving van de beginselen en doelstellingen van de revolutie, ons behoeden tegen struikelen en de weg naar bevrijding verkorten.”
“Voorwaarts naar de revolutie. Lang leve Palestina, vrij en Arabisch!”
Tegelijkertijd echter blijft Fatah niet-ideologisch. Het ziet zichzelf als een brede nationalistische beweging, net als toen Yasser Arafat het meer dan vijftig jaar geleden gesticht heeft. Inderdaad, ondanks de uitdaging van Hamas, wordt het woord “moslim” of “islamitisch” nergens vermeld in het Handvest.
Wat de structuur aangaat, is Fatah echter nog steeds een revolutionaire organisatie. Het lidmaatschap is geheim; besluitvorming is vermoedelijk gebaseerd op het marxistische concept van “democratisch centralisme,” de maoïstische zinsnede “kritiek en zelfkritiek” wordt aanbevolen, en de organisatie structuur is gebaseerd op cellen.
Maar terwijl Fatah klinkt als een communistische partij of strak gedisciplineerde revolutionaire ondergrondse beweging, is de werkelijkheid heel anders. Arafat legde de basis voor een institutionele cultuur die altijd enigszins anarchistisch was. Het kader is ongedisciplineerd en de commandostructuur is allesbehalve georganiseerd. Toen Hamas een coup pleegde in de Gazastrook, stortte Fatah gewoon in en was er weinig verzet. Lokale veldheren voeren de heerschappij; het kader doet vooral wat zij zelf willen, er heerst een gebrek aan discipline en corruptie is wijdverbreid.
En zo leest artikel 95 als een soort grap dat de leden gelast, “hun taken met veel enthousiasme dienen te ondernemen en zich geen moeite te besparen bij het streven naar de doelstellingen en beginselen van de beweging; en zware inspanningen te leveren om de interactie met de massa’s te verbeteren en hun respect en vertrouwen te winnen.”
Wat intrigerend is, echter, is dat er een gedetailleerde bespreking volgt van overtredingen van Fatah regels en de straffen die voor de overtredingen gelden. Het is duidelijk dat, indien de leden datgene doen wat de leiders niet willen, er daarvoor zware straffen in het vooruitzicht gesteld worden. Het is dus belangrijk op te merken dat er geen Fatah-lid ooit is gestraft voor het plegen van terroristische daden tegen Israëlische burgers of voor het uitspreken van de meest extremistische woorden. Inderdaad, is het zelfs onduidelijk of Fatah de vastberadenheid heeft of het vermogen om de leden te straffen voor samenwerking met Hamas tegen hun eigen leiders.
Maar het meest fascinerende aspect van alles is de bepaling van de structuur van de beweging. De overweldigende macht is in handen van een 23 leden tellende Centraal Comité, met inbegrip van controle over de strijdkrachten van Fatah. Zoals ik eerder al heb aangetoond, is het Centraal Comité, gekozen op hetzelfde congres waarop dit nieuwe Handvest geformuleerd is, vrij radicaal. Er zijn maar weinig leden bereid tot echte vrede met Israël. Als het aankomt op het nemen van grote beslissingen, zijn Abbas en Fayyad slechts boegbeelden van het Centraal Comité.
Direct onder het Centraal Comite komt een 80 leden tellende Revolutionair Comité, het daaropvolgende niveau, een 350 leden tellende Algemene Raad. Het Centraal Comité kiest een vrij groot gedeelte van beide groepen. Daarnaast kiest het ook de Fatah-leden van de Palestijnse Nationale Raad (de PLO wetgever); het Uitvoerend Comité van de PLO, die de PLO aanstuurt; de Palestijnse Wetgevende Raad (de PA wetgever) en de PA zelf.
Dit betekent dat Abbas en Fayyad niet de controle over de PA hebben, noch kunnen zij vrede sluiten of zelfs serieuze geef-en-neem onderhandelingen voeren. Het Centraal Comite is de machthebber en het Centraal Comite is overwegend hardline – ten minste 16 – ongeveer driekwart – van de 23 zijn hardliners. Zij hopen nog steeds Israël over te nemen en dus weigeren ze akkoord te gaan met het hervestigen van de Palestijnse vluchtelingen in een Palestijnse staat. Ook zijn ze niet bereid om een verklaring te geven dat een twee-staten-oplossing het einde van het conflict betekent.
De meeste van de hardliners zijn aanhangers van Abbas. Maar de belangrijkste reden dat ze achter hem staan is hun overtuiging dat Abbas zwak is, zowel in karakter en in zijn politieke overtuiging. Ze willen hem als leider omdat ze weten dat hij geen bedreiging vormt voor hun macht. Net als de beroemde uitwisseling tussen senator Lloyd Bentsen en vice-president Dan Quayle kunnen ze zeggen: “Ik kende Yasser Arafat. Ik werkte samen met Yasser Arafat. En voorzitter Abbas, u bent geen Yasser Arafat.”
Hij zal niet, en kan hij niet doen wat hen niet bevalt. En één van de dingen die Abbas wel heeft gedaan om hen tevreden te stellen is dat hij Mohammed Ghaneim, misschien wel de grootste hardliner tussen alle leden van het comité, tot zijn aangewezen opvolger heeft benoemd.
Deze 23 leden van het comité beslissen over het lot van de Palestijnen (met uitzondering van Hamas aanzienlijke inbreng in deze materie) en het vredesproces. Door hun radicalisme, zal er de komende jaren geen vrede of een Palestijnse staat mogelijk zijn. Om meer te weten over wie ze zijn en waarom dit zo is, lees hier en hier en vooral hier.
Waarom bestuderen niet meer mensen de details van de Palestijnse politiek? Om dezelfde reden dat ze niet willen toekijken naar de wijze waarop worsten worden gemaakt. Het is te onaangenaam. Na bestudering van de details, zou men nooit naïef verder kunnen geloven dat vrede binnen handbereik ligt.
Over de Auteur:
Barry Rubin is directeur van het Global Research International Affairs (GLORIA) Center. Hij is hoofdredacteur van het Midden-Oosten Review of International Affairs (Meria) Journal. Zijn meest recente boeken zijn The Israel-Arab Reader (zevende editie), The Long War for Freedom: the Arab Struggle for democracy in the Middle East (Wiley), en The Truth About Syria (Palgrave-Macmillan).
Mazzeltov,
Crethi Plethi
Latest Comments
Hello Mike, Thank you for your positive feedback to the article. I felt there wasn’t too much critical analysis of ...
Thanks for this considered and well constructed article. A follow up article on the manner in which the editorial contro...
THE CLUELESSNESS OF CLAIMING THAT OBAMA'S MIDDLE EAST POLICIES WERE A FAILURE CANNOT BE FURTHER FROM THE TRUTH, WHAT THE...
As long as Obama is the president of the usa do not trust the us government......
Thank you for an good read....