Email |  Print | RSS | Comment |  

 Email |  Print

Vrijdag, 24 December 2010 | Ynet News | Bewerkt door Crethi Plethi

Satelliet foto van de Syrische reactor voorafgaand aan de Israëlische aanval. (Archief foto: AP)

WikiLeaks: Israël Achter Bombardement Op Syrische Kernreactor

Volgens een nog te publiceren Amerikaanse memo, onderdeel van de naar WikiLeaks gelekte documenten, heeft Israël in september 2007 een kernreactor in Syrië gebombardeerd. Dat blijkt uit een diplomatiek bericht van de toenmalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice uit 25 april 2008.

“Op 6 September 2007 heeft Israël een met behulp van Noord-Korea gebouwde en geheime kernreactor in Syrië verwoest,” aldus het Amerikaanse document. “Deskundigen van onze inlichtingendienst zijn ervan overtuigd dat het doelwit van de aanval van de Israëliërs in feite een kernreactor is van hetzelfde type als die welke Noord-Korea in Yongbyon heeft gebouwd,” schreef Rice. Israël zou de reactor hebben aangevallen enkele weken voor hij in gebruik zou worden genomen.

De Israëlische nieuwssite Yedioth Ahronoth maakte dit vrijdag bekend nog voordat het gelekte document officieel gepubliceerd zou worden. Volgens de nieuwssite is dit “de eerste officiële en gedetailleerde bevestiging van de aanval, vanaf het moment van informatie vergaren voorafgaand aan de aanval, de samenwerking tussen Israël en de Verenigde Staten, de harde en verontrustende conclusies volgend op het onderzoek tussen beide landen, de Israëlische besluitvorming om Syrië te bombarderen en de vrees voor een oorlog als reactie door President Bashar Assad.”

In het Amerikaanse document, wat wereldwijd verzonden was, beschreef Rice de reden voor het niet eerder vrijgeven van deze informatie: “We hebben deze informatie niet eerder gedeeld met jullie vanwege de vrees en in een poging om een conflict te vermijden … de Israëlische aanval was erop gericht om de geheime kernreactor, gebouwd door Syrië in een woestijngebied in het Oosten van het land genaamd al-Kibar, te verwoesten … de Israëlische missie was succesvol en de kernreactor was zodanig verwoest dat wederopbouw zinloos was … Syrië evacueerde het gebied, verwijderde al het bewijs en bouwde een nieuw gebouw op dezelfde plek … we geloven, gebaseerd op harde bewijzen, dat Noord-Korea Syrië heeft geholpen bij de bouw van de reactor en we hebben besloten dat het tijd is om meer informatie over deze zaak met jullie te delen … Syrië had iets te verbergen.”

Rice wijd ook uit over de inlichtingen die vergaart waren voorafgaand aan de aanval: “Onze inlichtingen experts waren ervan overtuigd dat het door Israël aangevallen doel in feite een atoomreactor was van het zelfde type als de door Noord-Korea gebouwde reactor in Yongbyon … de Amerikaanse inlichtingendiensten hebben maandenlang intensieve moeite gedaan om deze door Israël geleverde informatie over de reactor te bevestigen en extra informatie te verkrijgen door eigen bronnen en methodes.”

Volgens de minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice waren de inlichtingen betrouwbaar. “We hebben goede redenen om te geloven dat de reactor niet voor vreedzame doeleinden gebouwd was … in de eerste plaats was het niet gebouwd als een krachtcentrale, het was ver van bewoonde locaties gebouwd en was ongeschikt voor onderzoeksdoeleinden … ten tweede, Syrië deed grote moeite om de ware aard van de plek geheim te houden. En ten derde, door in het geheim te handelen en vertegenwoordigers van het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) geen toestemming te geven om de reactor te inspecteren of het leveren van bouwplannen voor de plek, zoals verplicht is door de ondertekende overeenkomst, verspeelde Syrië de kans op supervisie en de bevestiging aan de internationale gemeenschap dat de reactor onderdeel was van een vreedzaam plan.”

Rice sluit af met de opmerking dat “de leugens en het verstoppertje spelen door Syrië in de maanden na de aanval een duidelijk bewijs waren dat het iets te verbergen had. Als dat niet het geval was geweest, was Syrië niet terughoudend geweest om IAEA functionarissen en mediavertegenwoordigers uit te nodigen naar de plek om de aanval te bewijzen.”

Syrië heeft altijd ontkend dat het een kernreactor betrof en dat Israël de aanval heeft uitgevoerd, maar heeft wel toegegeven dat het om een „militaire locatie in opbouw” ging. Ook na dit document ontkend Syrië dat Israël deze aanval heeft uitgevoerd in een vrij zinloze poging om de schaamte over deze aanval te verbergen.

Israël heeft nooit tegengesproken dat de Israëlische luchtmacht de Syrische kernreactor had aangevallen, maar het heeft ook nooit officieel de verantwoordelijkheid voor deze actie in Syrië opgeëist.